Je medewerkers hebben recht op een minimumaantal vakantiedagen, doorbetaling van loon tijdens de vakantie en vakantiebijslag ('vakantiegeld'). Dat is in de wet vastgelegd. Vaak staat in de arbeidsovereenkomst of cao dat werknemers boven op dit wettelijk minimumaantal nog extra vakantiedagen krijgen: de bovenwettelijke vakantiedagen. 

Naast vakantie hebben je medewerkers het recht om verlof op te nemen in bepaalde situaties. Verlof is iets anders dan vakantie: een periode waarin je medewerker betaald vrij heeft. Het ligt aan het soort verlof of dit betaald of onbetaald verlof is.

Op deze pagina

wettelijke vakantiedagen

Het wettelijke minimumaantal vakantiedagen per jaar is viermaal het aantal overeengekomen arbeidsuren per week.

Iemand die bijvoorbeeld veertig uur per week werkt, heeft per jaar recht op 160 uur vakantie. Dat zijn vier weken. Iemand die twintig uur per week werkt, heeft per jaar recht op tachtig uur vakantie. Dat lijkt minder te zijn, maar hij hoeft ook minder op te nemen. Per saldo is hij dan toch vier weken vrij.

bovenwettelijke vakantiedagen

In de arbeidsovereenkomst of cao kan staan dat je medewerkers meer vakantiedagen krijgen dan het wettelijk minimumaantal: dit zijn de bovenwettelijke vakantiedagen. Bovenwettelijke vakantiedagen zijn het resultaat van afspraken tussen werkgevers en werknemers. Deze afspraken kunnen daarom verschillen per bedrijf en per branche/sector.  

Soms spelen de lengte van het dienstverband en iemands leeftijd een rol bij het aantal vakantiedagen, bijvoorbeeld bij oudere medewerkers. Zij kunnen extra vakantiedagen toegewezen krijgen. Ook dit zijn bovenwettelijke vakantiedagen.
Dit soort regelingen kan in strijd zijn met de Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij arbeid (WGBL). Het onderscheid op grond van leeftijd bij de toekenning van vakantiedagen moet namelijk objectief gerechtvaardigd zijn, bijvoorbeeld omdat sprake is van fysiek zwaar belastend werk en er verschil is in ziekteverzuim tussen medewerkers van verschillende leeftijden.

geen loon? geen vakantiedagen

Heeft iemand geen recht op loon, dan bouwt hij normaal gesproken ook geen vakantiedagen op. Een voorbeeld hiervan is het ouderschapsverlof: tijdens dit verlof bouwt iemand geen vakantiedagen op. Blijft hij naast het ouderschapsverlof gedeeltelijk werken of is sprake van betaald ouderschapsverlof, dan bouwt hij over die uren wel vakantierechten op.
Bij de andere verlofvormen wordt soms geen loon maar wel een uitkering of vergoeding uitbetaald, en ook dan loopt de opbouw van de wettelijke vakantiedagen door. Ook als de medewerker langdurend zorgverlof of aanvullend geboorteverlof opneemt, bouwt hij vakantiedagen op.